Theodoor Christiaan Adriaan Colenbrander was een Nederlands plateelschilder, tekenaar en ontwerper van o.a. keramiek en tapijten
Theodoor was van oorsprong architect.
De ontwerpen van Colenbrander waren in alle opzichten nieuw. Hoewel geïnspireerd op verschijnselen uit de natuur waren de patronen zodanig gestileerd, dat ze bijna abstract waren geworden. Ook bijzonder was dat de decors titels kregen, net als schilderijen.
Omdat Colenbranders ontwerpen commercieel niet aantrekkelijk bleken, werd in 1889 zowel Von Gudenberg als Colenbrander ontslagen. De laatste wilde geen concessies doen aan de mode, hij beschouwde zijn werk als Kunst.
Na zijn Rozenburg-tijd maakte Colenbrander gedurende enkele jaren boekillustraties en interieurdecoraties. Uit die laatste activiteit komt waarschijnlijk een ander zeer vruchtbaar ontwerpgebied voort: het vloertapijt.
In 1901 verliet Colenbrander Den Haag, en tot 1910, toen hij zich in Arnhem vestigde, woonde hij op verschillende plaatsen in Gelderland, zoals Almen, Terborg en Hummelo en Keppel. Ook in Arnhem verhuisde hij regelmatig, hij woonde in eenvoudige pensions, of als het even wat beter ging, in een hotel.
In 1921 kwam de langverbeide doorbraak. Een aantal bewonderaars van Colenbrander richtte in Arnhem de RAM op met als doel zijn keramiekontwerpen eindelijk eens goed uit te voeren.
Recensenten roemden de vitaliteit van de ontwerpen en het gedurfde kleurgebruik. Eindelijk leek het ideaal verwezenlijkt: de Colenbrander-RAM producten behoren tot de absolute top van het Nederlandse aardewerk.
Helaas golden ook in Arnhem de eisen van de markt. Bij een kleine groep mensen vond het werk van de RAM aftrek, maar te weinig om de fabriek draaiende te houden.
In zijn totale compromisloosheid, zijn allesoverheersende drang om de ontwerpen, zoals hij die in visioenen waarnam en met de vrije hand op de klei zette, uitgevoerd te doen krijgen, had hij geen oor voor argumenten als betaalbaarheid, heersende mode of andere aardse redenen. Hij leefde voor de kunst.
Colenbrander zou nooit trouwen en woonde zijn lange leven vooral in hotels en pensions.
In 1928 verhuisde hij van Arnhem naar Laag-Keppel, waar hij in 1930 stierf. Zijn stoffelijk overschot werd bijgezet in het graf van zijn zuster in Oosterbeek. Hij stierf in Laag-Keppel op 28 mei 1930.
bekijk zijn werk:
- De Mesdag Collectie, Den Haag
- Gemeentemuseum Den Haag
- Museum Boijmans Van Beuningen, Rotterdam
- Museum Arnhem
- Rijksmuseum Amsterdam
- Museum de Fundatie, Zwolle
* Geboren op 31 oktober 1841 in Doesburg
† Overleden op 28 mei 1930 in Laag-Keppel
Bron: http://www.biografischwoordenboekgelderland.nl/bio/4_Theo_Colenbrander